
( '7 )
ne goede Vrienden had, — Indien gy alles,
wat gy Tan nooden hebt, zelfs voor u ver-
vaardigen ; en bereiden moest^-- Hoe
beklaaglyk zoude uwe ftaat zya, indien gy
niemand had, die u voor de gevaaren waar-
fchuwde; of u te recht hielpt, wanneer gy
u verdwaalt. - Als niemand u in dc nood
byftond, en geen Vriend u in uwe Krank-
heid hielp of oppaste.
O weest derhalven vriendelyk cn beleeft
jegens uwe medebroedersj dewyl gy van huii
zo veel goeds geniet, cn daar zy zo veel tot
uwe vreugd, en tot uw vergenoegen toebren-
gen»
Ziet dan, myn Lieve Hendrik, hoe zeer dc
goede God voor onze vreugd, ea voor ons
vergenoegen op d'aarde gezorgt heeft, en in-
dien gy maar aandachtig en met oplettenheid
my wiltaanhoorcn,zult gyin 'tvcrvnlg uogal-
tyd en meer, er. grooter ftofFe van vreug-
den ontdekken; welke namelyk ontdaan uit
de goede cn edele daden der menfchen. Maar
ons vergenoegen word zeekerlyk ook dikwils
gcltoord door vecle onaangenaame en treuri-
ge gevallen, by voorbeeld; door krankheden,
A 4 door