
'C 192 )
ken, lijkontledingen, ettemveren en andere
walgelijke kwalen, van ongedierte, enz.
(S 590? dit nog veel meer het geval,
indien zulke gesprekken gedurende den maal.
tijd mogten gevoerd worden.
Opg> Is het betamelijk^ gedurende dat
het gezehchap nog spijst ^ van de tafel
op te staan? In welk geval kan het ge-
oorloofd zijn?
§. 65.
Vervolg.
Klaarblijkelijk wordt dc welvoegelijkheid
geschonden, wanneer men het opgedischte
vleesch beruikt, bij het rondgaan het beste
stuk voor zich zeiven uitkiest, of zelfs
onderscheidene stukken met de vork aan-
raakt. De beleefdheid wil, dat men het stuk,
hetwelk, op het aangeboden bord, het naaste
by ligt, neme; enkel in geval, dat dit juist
hei beste ware, bij voorb., een groot rug-
stuk van eenen gebraden haas, mag men
een